Een geniale ingenieur

Zuidplaspolder
Jan Anne Beijerinck: die klinkende naam doet waarschijnlijk bij weinig mensen een belletje rinkelen. Toch mogen we hem dankbaar zijn. In zijn tijd is hij een hele goede waterbouwkundige, verantwoordelijk voor het feit dat de mensen rondom Rotterdam nu niet tot hun knieën in het water staan. Geboren in een familie van waterbouwkundigen is de toekomst voor Jan Anne grotendeels vastgelegd. Tot een trieste gebeurtenis zijn leven overhoop gooit. Als hij 7 jaar oud is, overlijdt zijn vader. Zijn moeder heeft geen geld voor om voor hem een opleiding tot waterbouwkundige te betalen. Gelukkig besluiten zijn oom en oudere broer om hem te helpen. Ze geven aan bereid te zijn om hem in de praktijk te leren wat het vak inhoudt. Jan Anne is zo’n goede student dat hij al op zijn 17e wordt aangesteld als assistent bij een uitwateringsonderzoek. Daarna mag hij al gauw leiding nemen over verschillende projecten en in 1825 slaagt hij met vlag en wimpel voor zijn ingenieursexamen. Een paar jaar later, in 1828, wordt Beijerinck aangesteld om samen met een collega de Zuidplas droog te maken. Met een kleine onderbreking lukt dit hem en is de plas in 1840 een polder geworden. Zijn bekendheid neemt een vlucht en zelfs in Denemarken en Amerika brengt hij adviezen uit. In 1859 krijgt hij de opdracht tot het droogmaken van de kleine plassen ten noordoosten van Rotterdam. Hij schrijft hiervoor een plan. Hij besluit de Noordplas niet droog te maken, maar de Spiegelnis wel en hij wil verschillende stoomgemalen laten plaatsen. De Noordplas blijft niet alleen behouden omdat Beijerinck het zo’n mooie plas vindt, maar ook uit minder nobele overwegingen. Bij de plas, op de Lange Kade, Boschweg en Korte Kade, staan verschillende fabrieken en bedrijven die voor de droogmakerij onteigend zouden moeten worden. Dit kost eenvoudig weg te veel geld. Daarnaast is de Noordplas de diepste plas in de regio, wat hem lastig droog te leggen maakt.

Het Jan Anne Beijerinckgemaal
Na meer dan 15 jaar zijn eindelijk de laatste stukken grond drooggevallen. Op 30 juni 1875 is alles klaar en krijgt de polder officieel de naam ‘Polder Prins Alexander’. Jan Anne gaat de geschiedenis in als één van de grootste ‘droogmakers’ aller tijden. Tegenwoordig draagt nog één van zijn gemalen zijn naam, het Jan Anne Beijerinck-gemaal vlakbij de Prins Alexanderlaan.